Manuele therapie is een therapie voor mensen die last hebben van de gewrichten in armen en benen en voor mensen die problemen hebben met hun wervelkolom. Problemen aan de wervelkolom en ledematen ontstaan wanneer de gewrichten niet goed werken, vaak door overbelasting. Dit worden ook wel functiestoornissen genoemd. Klachten als hoofd- en nekpijn, schouderklachten die doorwerken in de armen en rugklachten kunnen goed behandeld worden met manuele therapie.
Tijdens de eerste behandeling voert de manueel therapeut een uitgebreid vraaggesprek met de patiënt. Ook voert de therapeut een lichamelijk onderzoek uit. Hierbij kijkt hij of zij naar de klacht zelf en wordt onderzocht waardoor de klacht ontstaat. Ook bekijkt de manueel therapeut of de patiënt andere lichamelijke problemen heeft die toe te schrijven zijn aan de klacht. Afhankelijk van dit onderzoek wordt een behandelplan opgesteld en een prognose gemaakt.
De manueel therapeut verhelpt de klachten door het toepassen van specifieke passieve mobiliserende bewegingen. Door de gewrichten op een bepaalde manier te bewegen, kan snel de beweeglijkheid van het gewricht vergroot worden. In sommige gevallen vult de therapeut de behandeling aan met impulstechnieken, waarbij de gewrichten sneller bewogen worden. Hierbij is soms een knappend geluid te horen. De meeste patiënten ervaren dit niet als pijnlijk. Na de behandeling zal de patiënt vaak thuis nog extra oefeningen moeten doen, om de beweeglijkheid te behouden.